Het grote publiek kan voor het eerst in 100 jaar Christus en de overspelige vrouw van Jan I Breughel bekijken. Het schilderij bevindt zich al sinds 1903 in particuliere verzamelingen. De huidige eigenaar geeft het voor 3 jaar in bruikleen aan het museum. Nadien verdwijnt het terug in de privécollectie.
Het kleine olieverfschilderij gaat terug op een origineel werk van Pieter I Bruegel uit 1565. Het is een grisaille, een techniek waarbij enkel grijstinten gebruikt worden. Hierdoor ontstaat de indruk dat het een uit steen gebeeldhouwd reliëf is in plaats van een geschilderd paneel.
Het verhaal van Christus en de overspelige vrouw is gebaseerd op een passage uit het Evangelie. In de tempel brengen de farizeeën een vrouw die op overspel betrapt is tot bij Christus. De farizeeën vragen wat Christus vindt van de wet van Mozes waarin staat dat zulke vrouwen moeten worden gestenigd. Christus schrijft met zijn vinger op de grond “DIE SONDER SONDEN IS / DIE” moet maar de eerste steen werpen. Op de grond liggen enkele stenen voor het grijpen. Toch beginnen links en rechts achteraan sommige toeschouwers al af te druipen.
Praktisch
- Vanaf 11 juni 2014 in de Bruegelzaal
- Op vrijdag 20 juni 2014 om 12.30 uur geeft Dr. Claire Baisier een lezing over dit schilderij.
Ontstaansgeschiedenis
Christus en de overspelige vrouw
Deze grisaille heeft Pieter I Bruegel nooit verkocht. Het bleef in de familie en werd geërfd door zijn zoon Jan I Brueghel. In 1579 heeft Pieter Perret er een gravure van gemaakt die door Pieter I de Jode werd uitgegeven. Deze maakt deel uit van de collectie van het museum.
Een grote bewonderaar van Pieter I Bruegel was kardinaal Federico Borromeo. Hij liet in 1609 Jan I Brueghel weten dat hij zeer graag een werk van zijn vader wou kopen. Jan I Brueghel antwoordde dat spijtig genoeg alle werken reeds verkocht waren aan keizer Rudolf II. Maar hij had nog één werk in eigen bezit, de grisaille van Christus en de Overspelige Vrouw. Toen hij zijn einde voelde naderen, heeft hij per testament het werk aan kardinaal Federico Borromeo nagelaten. Die was zeer getroffen door de geste, maar voelde niet het recht dit werk te houden. Hij liet er een kopie van maken en stuurde het origineel terug naar de zoon van de overleden Jan I Brueghel. Het is dit werk dat zich nu in Londen bevindt.
Zowel Jan I Brueghel als zijn broer Pieter II Brueghel hebben verschillende kopieën gemaakt van dit beroemde werk van hun vader. De vijftien bekende versies van Pieter II Brueghel zijn in kleur geschilderd. Specialisten veronderstellen dat hij zich op de gravure baseerde.
De versies van zijn broer Jan zijn in grisaille uitgevoerd. Net als het origineel dat hij in eigen bezit had en dus getrouw kon naschilderen. Een versie dat op vlak van compositie en afmetingen zeer nauw aansluit bij onze bruikleen wordt bewaard in de Alte Pinakothek te München.