Overslaan en naar de inhoud gaan

Venetiaans bekerglas

Juni 2013

Fritz Mayer van den Bergh heeft veel stukken aangekocht. Ook objecten die vaak minder aandacht krijgen dan de topwerken uit de collectie. Daarom zet het museum zulke stukken regelmatig in de kijker.

Vanaf 3 juni schittert dit Venetiaans bekerglas in Focus. Dit glas is vermoedelijk in Antwerpen in de 16de of 17de eeuw vervaardigd. Op dat moment slaagt Antwerpen erin om het productieproces van het felbegeerde Venetiaanse glas te imiteren. Dat proces was lange tijd geheim. De Venetiaanse glasblazers werkten vanaf het einde van de 13de eeuw op het Ventiaanse eiland Murano. De kennis en productie van het glas werd sterk onder controle gehouden, want de glasblazers mochten het eiland niet verlaten. Het glas zelf was enorm gegeerd in Europa en pas vanaf de tweede helft van 16de eeuw duiken de Ventiaanse glasblazers ook op in andere steden.

Het glas is versierd met de filigraantechniek. Hierbij wordt gebruik gemaakt van vooraf gekleurde glasdraden in één of meerdere kleuren. Deze draden werden in verschillende patronen geblazen. 

Het bekerglas is in de jaren 90 gerestaureerd, toen het gebroken werd aangetroffen in 29 stukjes. In het KIK (Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium) is het glas vakkundig hersteld met epoxy.

 

Technische specificaties

Dit glas is vermoedelijk in Antwerpen in de 16de of 17de eeuw vervaardigd.

  • Inventarisnummer: MMB.1188
  • Standplaats: zaal 5 (Bruegelzaal)
  • Afkomst: onbekend
  • Vervaardigd in de 16e of 17e eeuw
  • Herkomst: waarschijnlijk Antwerpen
  • Materiaal: glas
  • Hoogte: 17,3 cm
  • Diameter: 10,6 cm
     

De kunst van het glasblazen

Een neus voor toegepaste kunsten

Fritz Mayer van den Bergh had ook een passie voor toegepaste kunsten. Deze collectie omvat ook enkele (drink)glazen.

Museum Mayer van den Bergh staat voornamelijk bekend om de collectie schilderkunst en beeldhouwkunst. Maar verzamelaar Fritz Mayer van den Bergh had ook een passie voor toegepaste kunsten, zoals textiel, juwelen, munten en penningen. Een deel daarvan is opgesteld in het museum. De andere objecten worden bewaard in het depot. 
 
De collectie toegepaste kunsten omvat ook enkele (drink)glazen. Glas was lange tijd een luxeproduct, enkel weggelegd voor de welgestelden. Het was onderhevig aan verschillende stijlen, methodes en trends. En de meest exclusieve exemplaren waren zeer gegeerd.

Drinkglas 'Lieben in Ehren kan Niemand wehren'

 

Ontstaan en korte geschiedenis van glas

De eerste sporen van glas worden gesitueerd rond 4000 voor Christus, ergens in Mesopotamië.

Mogelijk ontdekte men tijdens het pottenbakken dat de verhitting van een bepaald mengsel doorschijnend werd. In het Midden-Oosten zijn kraaltjes gevonden uit het derde millenium voor Christus. Dit zijn de eerste echte glazen voorwerpen.

Pas rond 1500 voor Christus werden glazen recipiënten vervaardigd in wat nu Syrië is. Deze zijn volgens een ingewikkeld proces gemaakt, de zogenaamde zandkernmethode. De technieken en voorwerpen uit het Oude Nabije Oosten kwamen via handelaren (veelal Feniciërs) in het Middellandse Zeegebied terecht.

Vleugelglas 

Glasproductie op grote schaal

Iets later deed men in een ontdekking die de productie van glazen voorwerpen veel eenvoudiger maakte. Stak men een holle buis in een klompje gesmolten glasbrij dan kon men dit in elke gewenste vorm blazen. Dit zorgde voor een belangrijke ommekeer in de glasproductie. Het was immers mogelijk om op grote schaal glazen voorwerpen te produceren, in verschillende afmetingen en vormen.

 

Verspreiding over Europa

In het Romeinse Rijk verspreidde de glasblaaskunst zich nog snel over Europa en ontstond er een relatieve homogeniteit. Vooral Noord-Gallië en Germania waren gekende productiecentra, omwille van de enorme voorraden natuurlijke grondstoffen. Hierin zaten wel ijzerzouten: een natuurlijke verontreiniging waardoor het glas een blauwgroene tot bijna olijfkleurige kleur kreeg.  Deze kleuring is typerend voor het glas dat toen in West- en Midden-Europa vervaardigd werd. Ontkleuren was enigszins mogelijk door toevoeging van bruinsteen of mangaan, maar volledig doorzichtig werd het glas niet.

De Romeinen ontwikkelden ook enkele decoratietechnieken, zoals graveren, slijpen en emailbeschildering, die eeuwenlang gebruikt werden.

 

Terugval in Westen versus bloei in Oosten en Zuiden

Met de achteruitgang en de val van het West Romeinse Rijk in 476 kwam er een grotere versmelting met de oorspronkelijke, plaatselijke stammen. Deze drukten hun eigen stempel op de cultuur, wat ook zichtbaar was in de productie en decoratie van glazen objecten.

Over de glasblaaskunst in het Westen van dat moment is niet veel geweten. Een gevolg van veranderende begrafenisrituelen. Onder invloed van het christendom waren grafgiften verboden. Terwijl daar vele glazen overblijfselen uit eerdere periodes gevonden zijn. 

In de Middeleeuwen waren in Midden-Europa glasblaasateliers actief, waar ‘waldglas’ geproduceerd werd. De streek had de nodige natuurlijke rijkdommen, die zorgden voor een groen, groenbruinig glas.

In het Oost Romeinse Rijk werd een eigen, zeer verfijnde stijl ontwikkeld. In Zuid-Europa, en dan voornamelijk Italië, leefde de Byzantijnse erfenis voort, ook in de glasblaaskunst.

 

Façon de Venise: Murano versus Antwerpen

Sinds de 12de eeuw was Venetië hét centrum voor glasblaaskunst bij uitstek. Het genoot er zelfs de bescherming van de stedelijke overheid.

Sinds de 12de eeuw was Venetië hét centrum voor glasblaaskunst bij uitstek. Het genoot er zelfs de bescherming van de stedelijke overheid.  Kenmerkend voor de productie was de doorzichtigheid die op dat moment nergens geëvenaard werd. Dit ‘cristallo’ was bovendien erg dun geblazen, waardoor nieuwe vormen en decoraties ontstonden.
 
Venetie was op dat moment één van de belangrijkste handelssteden, met contacten in het Oosten en het Westen. Venetiaans glas werd geëxporteerd over de hele toenmalige wereld door en was enorm populair.

Keurvorstenbeker

Het eiland Murano

In 1291 werden alle glasateliers uit de binnenstad van Venetië weggehaald en geconcentreerd op het eiland Murano. Officieel om het brandgevaar te beperken. Maar op deze manier werd alle geheime kennis geconcentreerd op Murano. Niemand mocht het eiland verlaten en enkel Venetianen kregen toelating om in de glasblazerijen te werken. De doge hield de kennis en productie van het glas dus sterk onder controle. Het glas zelf was enorm gegeerd in Europa en de steden en hoven probeerden de glazeniers te lokken met hoge geldbedragen. Maar op het doorgeven van de kennis of het verlaten van het eiland stond de doodstraf.

 

Verspreiding over Europa

Toch duiken vanaf de eerste helft van de 16de eeuw enkele glasblazers uit Murano op in Europese steden. In 1558 neemt vooral Antwerpen hierin het voortouw. De koopman Jacomo Pasquetti slaagt erin het Venetiaanse glas perfect te imiteren. Deze imitaties worden ‘façon de Venise' genoemd. Zijn ‘Gelaesenhuys’ floreerde aan het Hopland tot 1641. Maar hij was niet de enige glasblazer in Antwerpen.

De gebruikte technieken veranderen slechts zeer traag, waardoor het moeilijk is glazen voorwerpen te dateren en te situeren. Vanaf het einde van de 16de eeuw veranderen de vormen: er wordt terug gegrepen naar de traditionele ‘waldglas’-vormen. Zij zijn eenvoudiger van vorm aangezien het glas niet zo dun geblazen is.

 

Decoratietechniek

Het glas uit onze collectie is versierd met de filigraantechniek.

Het Antwerpse glas uit de 16de eeuw benaderde het Venetiaans origineel en werd‘façon de Venise’ genoemd.

Het glas uit onze collectie is versierd met de filigraantechniek. Hierbij wordt gebruik gemaakt van vooraf gekleurde glasdraden in één of meerdere kleuren. Deze draden werden in verschillende patronen geblazen.

Het patroon van dit glas is redelijk eenvoudig. De draden zijn spiraalgewijs ingedraaid, van linksonder naar rechtsboven, wat 'vetro a fili' wordt genoemd. Bij deze techniek worden vooral ondoorzichtige witte glasdraden gebruikt. Bij 'vetro a retorti' worden kleurloze en witte glasdraden spiraalvormig in elkaar gedraaid.

 

Restauratie

Dit bekerglas werd in de jaren 90 van de vorige eeuw twee maal gerestaureerd.

Dit bekerglas werd in de jaren 90 van de vorige eeuw twee maal gerestaureerd. In 1990 werd het gebroken aangetroffen in 29 stukjes. In het KIK (Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium) is het object zorgvuldig gerestaureerd. De stukjes zijn eerst gereinigd met gedistilleerd water en gedroogd met aceton. Met epoxy (een lijmsoort) zijn de scherven aan elkaar gelijmd.

In 1999 vond een tweede restauratie plaats. Men ontdekte een barst in de bodem en in de bekerwand, en een kleine lacune, waarschijnlijk was een stukje van de scherven in 1991 afgebroken. Ook hadden enkele verlijmingen gedeeltelijk losgelaten, wat gevaar opleverde voor het instuiken van de beker. Dit werd hersteld.oze en witte glasdraden spiraalvormig in elkaar gedraaid.

 

Glas in de collectie

Het museum bezit ook nog enkele andere glazen object. Ze zijn opgesteld in zaal 5.

  • Een keurvorstenbeker uit 1686. Hierop is de keizer van het Heilige Roomse Rijk afgebeeld, omringd door zijn volgelingen – de acht keurvorsten – allen te paard. De afbeelding is uitgevoerd in email, een decoratietechniek die vooral in de Duitse gewesten in de 2e helft van de 16de en de 17de eeuw een hoogtepunt bereikte.
  • Een jachthump uit 1724. Een hump is een cilindervormig bierglas. De decoratie is in email.
  • Twee kelkglazen, waarvan 1 met deksel, uit 1771.
  • Twee vleugelglazen uit de tweede helft van de 17e eeuw. Het zijn kelkglazen met vleugeltjes aan de stam.
  • Een fopglas uit de 17e eeuw. Fopglazen zijn drinkglazen waar ‘iets’ speciaals aan is;  hier drink je uit de mond van het hertje.
  • Een drinkglas uit 1797 met voorstelling ‘Lieven in Ehren kahn Niemand wehren’. De decoratie is in email.
  • Een ringenbekertje

Meld je aan voor de nieuwsbrief